Besluit hervorming individuele beroepsopleiding (IBO): wijziging organisatiebesluit arbeidsbemiddeling en beroepsopleiding

Dit besluit van de Vlaamse Regering wijzigt de regelgeving rond de organisatie van de individuele beroepsopleiding (IBO) binnen het bestaande besluit van 5 juni 2009. De hervorming gaat in op 1 januari 2026 en heeft als doel het IBO-stelsel te verduidelijken, versterken en uitbreiden met een nieuwe formule: IBO-plus.

De nieuwe regelgeving bepaalt onder meer wie als IBO-cursist of IBO-werkgever in aanmerking komt, hoe en onder welke voorwaarden een IBO mag worden opgestart, en welke verplichtinge…

Dit besluit van de Vlaamse Regering wijzigt de regelgeving rond de organisatie van de individuele beroepsopleiding (IBO) binnen het bestaande besluit van 5 juni 2009. De hervorming gaat in op 1 januari 2026 en heeft als doel het IBO-stelsel te verduidelijken, versterken en uitbreiden met een nieuwe formule: IBO-plus.

De nieuwe regelgeving bepaalt onder meer wie als IBO-cursist of IBO-werkgever in aanmerking komt, hoe en onder welke voorwaarden een IBO mag worden opgestart, en welke verplichtingen alle partijen hebben. Zo wordt onderstreept dat een IBO enkel kan starten na het ondertekenen van een overeenkomst tussen VDAB, werkgever en cursist. De werkgever moet o.a. garanties bieden over begeleiding, uitbetaling van vergoedingen en naleving van arbeids- en welzijnsregels.

IBO-cursisten ontvangen een IBO-premie, berekend op basis van het verschil tussen een referentieloon en hun vervangingsinkomen. Nieuw is dat werkgevers een percentage (70-100%) mogen kiezen voor de premieformule. Na afloop van de IBO zijn werkgevers verplicht om de cursist aan te werven in een contract van minstens dezelfde duur en werkregeling als de opleiding.

Naast de reguliere IBO wordt een aparte regeling voorzien voor kwetsbare groepen, onder de naam IBO-plus. Deze richt zich op o.a. werkzoekenden met een arbeidsbeperking, personen onder toezicht van het RIZIV en gedetineerden. Voor hen gelden versoepelingen zoals de mogelijkheid tot een deeltijdse IBO van minder dan 17,5 uur. De premie wordt hier rechtstreeks door VDAB uitbetaald aan de cursist, op basis van een vast percentage (70%).

Het besluit voorziet verder in bepalingen over opvolging, verzekeringen, beëindiging van IBO-trajecten, en verplichtingen rond gegevensverwerking door de VDAB. Bestaande IBO’s blijven lopen onder de oude regels tot eind 2025.

Deze hervorming van het IBO-stelsel beoogt een striktere reglementering, betere opvolging en meer inclusieve toegang tot werkplekleren, in samenwerking met VDAB en diverse werkgevers in Vlaanderen en het Brussels Hoofdstedelijk Gewest.

Deze tekst is gebaseerd op de originele bron en tot stand gekomen met inzet van AI-technologie. Controleer bij twijfel en hergebruik de bron voor juistheid en actualiteit.