Shaping the future: Europese R&D-investeringen in kaart gebracht

Deze publicatie biedt een grondige analyse van het Europese investeringsbeleid in onderzoek en ontwikkeling (R&D). De paper maakt deel uit van de R&D Paper Series en is opgesteld door de directie-generaal Onderzoek en Innovatie van de Europese Commissie.

De kern van het rapport draait rond de stand van zaken en de uitdagingen op vlak van publieke en private R&D-investeringen in de EU. Ondanks gestage vooruitgang – zo steeg de R&D-intensiteit van 1,81% in 2000 tot 2,22% van het bb…

Deze publicatie biedt een grondige analyse van het Europese investeringsbeleid in onderzoek en ontwikkeling (R&D). De paper maakt deel uit van de R&D Paper Series en is opgesteld door de directie-generaal Onderzoek en Innovatie van de Europese Commissie.

De kern van het rapport draait rond de stand van zaken en de uitdagingen op vlak van publieke en private R&D-investeringen in de EU. Ondanks gestage vooruitgang – zo steeg de R&D-intensiteit van 1,81% in 2000 tot 2,22% van het bbp in 2023 – blijft de EU achter op wereldleiders als Zuid-Korea (4,85%), de VS (3,59%) en Japan (3,41%). China heeft de EU sinds 2019 ingehaald.

Belangrijke bevindingen zijn onder meer:

• Slechts vier lidstaten (Oostenrijk, België, Duitsland en Zweden) halen de vooropgestelde 3%-doelstelling, terwijl zes landen onder de 1% blijven.
• Duitsland en Frankrijk vertegenwoordigen samen de helft van alle R&D-uitgaven binnen de EU, wat wijst op een sterke concentratie van investeringen.
• Bedrijven zijn goed voor 57,65% van alle R&D-financiering, maar investeren vooral in midtechsectoren zoals de auto-industrie. Hightechsectoren zijn dominanter in landen zoals de VS.
• Bijna 60% van de verschillen in R&D-uitgaven tussen de EU en de VS zijn structureel; de rest wijst op een lagere investeringsbereidheid in vergelijkbare sectoren.

De publicatie bekijkt ook hoe de EU haar 3%-doelstelling zou kunnen halen, onder meer aan de hand van investeringsscenario’s en aanbevelingen uit recente rapporten van Draghi en Heitor. Om het doel tegen 2030 te halen is jaarlijks een extra investering van 134 miljard euro nodig.

Het rapport eindigt met beleidsaanbevelingen die onderstrepen dat beter afgestemde publieke en private investeringen, sterkere samenwerking tussen lidstaten en een focus op hightechsectoren cruciaal zijn om de Europese concurrentiekracht te versterken.