Om een beter inzicht te krijgen in het Oost-Vlaams handelsapparaat en de koopstromen heeft de Economische Raad voor Oost-Vlaanderen (EROV vzw), in opdracht van het provinciebestuur, de studie 'Detailhandelsonderzoek Oost-Vlaanderen' laten uitvoeren door Adviesbureau Marketing en Onderzoek (ABM). Deze studie biedt gemeenten een schat aan informatie over het winkelapparaat, de koopvlucht, koopbinding en koopattractie en is een handig hulpmiddel bij het beoordelen van vergunning- en startersaanvragen, het afbakenen van het kernwinkelgebied, het uitwerken van een Minder Hinderplan, de bestrijding van leegstand, de opmaak van een Ruimtelijk Uitvoeringsplan. “Gemeenten en steden kunnen voor het uitwerken van een detailhandelsbeleid beroep doen op de expertise van EROV”, aldus gedeputeerde Jozef Dauwe, voorzitter EROV op de voorstelling van de studie op 22 maart in het Provinciehuis te Gent. “EROV begeleidt gemeenten bij de opmaak van o.a. een commercieel strategisch plan en geeft advies over centrummanagement.”
Voor elke gemeente in Oost-Vlaanderen is het volledig handelsapparaat geïnventariseerd, alsook de leegstand, de horeca, de supermarkten en superettes. De commerciële positie van een centrum wordt bepaald door de mate waarin gezinnen al dan niet hun aankopen verrichten in het centrum. Daarom werd in het najaar 2012 door ABM bij 7.500 gezinnen in Oost-Vlaanderen gepeild naar hun koopgedrag. Deze actuele koopstromen bieden meer informatie over de koopbinding, de mate waarin inwoners hun aankopen in eigen gemeente verrichten, de koopvlucht, de mate waarin inwoners zich richten tot een andere gemeente en de koopattractie, de mate waarin inwoners van een andere gemeente hun aankopen doen in de onderzochte gemeente.