SERV Advies, 2025, 15 september: decreet energie efficiëntie

Dit is een gezamenlijk briefadvies van de Minaraad en de SERV over het voorontwerp van decreet tot wijziging van het Energiedecreet van 8 mei 2009 en het decreet van 19 april 2024 rond de oprichting van een Vlaamse Nutsregulator. Het advies behandelt de omzetting van de Europese Richtlijn Energie-efficiëntie (REE 2023/1791) in Vlaamse regelgeving.

De richtlijn introduceert onder meer het energie-efficiëntie-eerst-principe bij beleidsplanning en investeringsbeslissingen. Overheden moeten jaarl…

Dit is een gezamenlijk briefadvies van de Minaraad en de SERV over het voorontwerp van decreet tot wijziging van het Energiedecreet van 8 mei 2009 en het decreet van 19 april 2024 rond de oprichting van een Vlaamse Nutsregulator. Het advies behandelt de omzetting van de Europese Richtlijn Energie-efficiëntie (REE 2023/1791) in Vlaamse regelgeving.

De richtlijn introduceert onder meer het energie-efficiëntie-eerst-principe bij beleidsplanning en investeringsbeslissingen. Overheden moeten jaarlijks 1,9% energie besparen en 3% van hun gebouwen renoveren tot BEN- of emissievrij niveau. Grote bedrijven moeten een energiebeheersysteem (ISO 50001) invoeren, kleinere ondernemingen een energieaudit uitvoeren. Gemeenten met meer dan 45.000 inwoners moeten lokale warmte- en koelingsplannen opstellen; het VEKA krijgt toezicht en handhavingsbevoegdheid.

De raden ondersteunen de doelstellingen, maar wijzen op onduidelijkheden in het Vlaamse ontwerp. Zo ontbreekt de verwijzing naar EU-normen voor energiebeheersystemen, is de certificering te vaag omschreven en dreigt overlapping met andere Europese richtlijnen (zoals die over industriële emissies). Ook vragen ze om duidelijkere kwalificatie-eisen voor auditoren.

Met betrekking tot de lokale warmteplannen signaleren de raden praktische en juridische knelpunten. Niet alle gemeenten beschikken over voldoende data of capaciteit; de verwarmingsdatabank is nog niet operationeel. Sommige steden, zoals Gent en Kortrijk, hebben reeds warmteplannen opgesteld, maar deze voldoen nog niet volledig aan de nieuwe EU-eisen. De raden pleiten voor duidelijkere deadlines, ondersteuning voor gemeenten, en een kader op regionaal niveau voor de uitrol van warmte- en koudenetten.

Daarnaast vragen ze dat warmteplanning beter wordt gekoppeld aan ruimtelijke ordening en dat provincies een rol krijgen in procesbegeleiding en kennisdeling. Tot slot vragen de raden de Vlaamse Regering om snel werk te maken van de concrete toepassing van het energie-efficiëntie-eerst-principe, zodat dit effectief kan doorwerken in alle beleidsdomeinen.

Deze tekst is gebaseerd op de originele bron en tot stand gekomen met inzet van AI-technologie. Controleer bij twijfel en hergebruik de bron voor juistheid en actualiteit.