Resultaten bevraging biobased materialen: Bouwprofessionals in Vlaanderen en Nederland schakelen versneld over op biogebaseerde isolatie en structuurelementen

De bouwsector in België en Nederland maakt zich stilaan los van fossiele grondstoffen. Biobased bouwmaterialen worden steeds vaker toegepast en maken een gestage opmars in zowel isolatie als constructie. Dat blijkt uit een recente bevraging uitgevoerd door Universiteit Gent binnen het Interreg-project CASCO – Carbon Sink Construction, dat mikt op een structurele verankering van biobased bouwen in de grensregio Vlaanderen-Nederland.

De bevraging – die liep van december 2024 tot januari 2025 – ver…

De bouwsector in België en Nederland maakt zich stilaan los van fossiele grondstoffen. Biobased bouwmaterialen worden steeds vaker toegepast en maken een gestage opmars in zowel isolatie als constructie. Dat blijkt uit een recente bevraging uitgevoerd door Universiteit Gent binnen het Interreg-project CASCO – Carbon Sink Construction, dat mikt op een structurele verankering van biobased bouwen in de grensregio Vlaanderen-Nederland.

De bevraging – die liep van december 2024 tot januari 2025 – verzamelde inzichten van 64 bouwprofessionals, hoofdzakelijk architecten en aannemers. De resultaten werden vergeleken met een eerdere enquête uit 2020 (TETRA-project ‘To bio or not to bio’) en tonen een duidelijke evolutie: biobased materialen worden niet alleen bekender, maar ook breder en frequenter toegepast.

Vooral bij isolatie is de verschuiving opmerkelijk. In 2025 voeren houtvezel, houtwol en cellulose de top drie aan, en verdringen ze traditionele materialen als minerale wol, PUR/PIR en EPS. Stro kende een forse stijging in gebruik, van 8% naar 20%. Daarnaast groeit de interesse in drukvaste alternatieven zoals glasschuimgranulaat, kurk en schelpen, met toepassing in vloeren en daken.

Ook op structureel vlak zetten biobased materialen hun opmars verder. Houtskeletbouw met massief hout blijft dominant, naast engineered wood en CLT. Gipsvezelplaten, leem en kalk zijn veelgebruikte materialen in de afwerking. Dampopen bouwen, waarbij vochtregulerende bouwschillen worden toegepast, is eveneens ingeburgerd: 53% past dit vaak toe, 36% soms.

Toch blijven er obstakels. De prijs, beperkte beschikbaarheid en voorzichtige houding van klanten vormen remmende factoren. Technische uitdagingen – zoals brandveiligheid, vochtgedrag en een gebrek aan uniforme certificering – blijven aandachtspunten. Daarnaast worden biobased materialen in EPB-berekeningen nog vaak conservatief ingeschat, wat leidt tot dikkere isolatielagen.

Ondanks deze drempels is het vertrouwen van bouwprofessionals in opmars. 90% merkt een toename in het gebruik van biobased materialen, 92% informeert klanten spontaan over de mogelijkheden. De behoefte aan praktische en toegankelijke informatie blijft echter groot, onder meer over prestaties, toepassingsrichtlijnen en milieueffecten.

Het CASCO-project speelt hierop in met kennisdeling en ketenversterking. Zo werkt Universiteit Gent actief mee aan het technische luik, met als doel om biobased bouwen structureel te verankeren in de brede bouwpraktijk van de grensregio Vlaanderen–Nederland.