1. Inleiding
Op 30 november 2016 heeft de Europese Commissie een pakket maatregelen voorgesteld die ervoor dienen te zorgen dat de Europese Unie concurrentieel kan blijven in een context die wijzigt omwille van de omschakeling naar schone energie. Dat initiatief draagt de naam ‘Schone energie voor alle Europeanen’ (‘Clean Energy for all Europeans’ in het Engels). Het pakket maatregelen omvat wetsvoorstellen, strategieën en pistes voor actie.
De wetsvoorstellen hebben betrekking op energie-efficiëntie, hernieuwbare energiebronnen, de organisatie van de elektriciteitsmarkt, bevoorradingszekerheid voor elektriciteit en regels voor goed bestuur van de energie-unie. De strategieën hebben onder meer betrekking op een geconnecteerde en geautomatiseerde mobiliteit.De voorgestelde acties en maatregelen zijn erop gericht de innovatie voor schone energie te versnellen, de gebouwen in Europa te renoveren, de publieke en private investeringen aan te moedigen, het concurrentievermogen van Europese ondernemingen te verhogen en de maatschappelijke impact van de energietransitie te verzachten.
Het pakket zal het meer bepaald mogelijk maken het Europese klimaat- en energiekader tegen 2030 te verwezenlijken. Dat kader is in oktober 2014 goedgekeurd door de Europese Raad. Het Europese kader bepaalt drie kerndoelstellingen voor 2030: de broeikasgasemissies van de Europese Unie met 40 % terugdringen ten opzichte van 1990, het aandeel van de hernieuwbare energiebronnen in het bruto finaal energieverbruik van de Europese Unie optrekken naar minstens 27 % en de energie-efficiëntie van de Europese Unie met minstens 27 % verbeteren ten opzichte van een referentieniveau.
De Europese Raad heeft in juni 2017 zijn standpunt over die laatste doelstelling verduidelijkt en aangescherpt tot 30 %. Het Europese klimaat- en energiekader tegen 2030 is een voortzetting van het klimaat- en energiepakket tegen 2020 en is in overeenstemming met de langetermijntrajecten die zijn vastgelegd in de Routekaart naar een concurrerende koolstofarme economie tegen 2050 (maart 2011), het Witboek Transport (maart 2011) en het Stappenplan Energie 2050 (december 2011).
De broeikasgasemissiereductietrajecten van de Europese Unie tegen 2050 die door de Europese Commissie zijn geanalyseerd, vereisen drastische veranderingen op het vlak van de energiesystemen van de lidstaten. Die veranderingen zijn het resultaat van Europese beleidsmaatregelen (richtlijnen, verordeningen, enz.), maar zijn ook afhankelijk van de keuzes op energiegebied die op nationaal en regionaal niveau worden genomen. Hieronder vallen bijvoorbeeld de regionale strategieën op het gebied van hernieuwbare energiebronnen en energie-efficiëntie en de beleidsmaatregelen op het gebied van mobiliteit (fiscaliteit, investeringen in openbaar vervoer, enz.). Ondertussen grijpt in de elektriciteitsmarkt een hele evolutie plaats aan de vraagzijde met frisse initiatieven rond vraagbeheer en de ontwikkeling van een aantal ‘nieuwe’ elektrische toepassingen waaronder elektromobiliteit en warmtepompen.
In die context wil het Federaal Planbureau (FPB) klaarheid scheppen in een veelheid van (f)actoren en een duidelijke trend ontrafelen door in een eerste fase de evolutie van ons nationaal energiesysteem te kwantificeren bij ongewijzigd beleid. Dat betekent dat er rekening wordt gehouden met de maatregelen die reeds zijn genomen en met de toepassing van het wetgevende klimaat- en energiepakket in 2020. Na 2020 wordt evenwel verondersteld dat het beleid niet wijzigt of geen nieuwe doelstellingen worden
In een tweede fase zullen die vooruitzichten bij ongewijzigd beleid als basis dienen voor de studie van alternatieve scenario’s die de klimaat- en energiedoelstellingen op middellange en lange termijn integreren en voor de analyses die gericht zijn op het elektriciteitssysteem. Die studie en analyses zullen na dit rapport worden gepubliceerd. De volledige reeks documenten heeft tot doel duidelijkheid te verschaffen over de politieke actie in verschillende domeinen. Die documenten kunnen op die manier een waardevolle bijdrage leveren tot het debat over het interfederale energiepact dat erop gericht is een gemeenschappelijke energievisie te bepalen voor de verschillende entiteiten van het land tegen 2030 en 2050. Daarmee kan ook het overleg worden ondersteund tussen België en de Europese Commissie over de wetsvoorstellen in het kader van het pakket voor schone energie.
Traditioneel publiceert het FPB om de drie jaar een publicatie waarin de langetermijnenergievooruitzichten voor België worden voorgesteld. Deze publicatie – de zesde in de reeks – is erop gericht een referentiescenario (en alleen dat scenario) te beschrijven. Die vooruitzichten zijn in grote mate geïnspireerd op de publicatie ‘EU Reference Scenario 2016 - Energy, Transport and GHG emissions - Trends to 2050’ van de Europese Commissie (EC, 2016), maar houden ook rekening met specifieke nationale gegevens en analyses. Deze publicatie is opgedeeld in drie delen: het eerste deel is gewijd aan de methodologie. Daarin wordt het doel, de methode en het principe van een referentiescenario bij ongewijzigd beleid beschreven. Het tweede deel beschrijft de voornaamste hypothesen en het beleidskader dat is gebruikt voor de modellering. In het derde en laatste deel worden de resultaten onder de loep genomen. Het derde hoofdstuk behandelt meer bepaald de resultaten van het referentiescenario aan de hand van een aantal typische indicatoren die het nationaal energie- en emissiesysteem beschrijven.