De werking van het sociaal-economisch streekoverleg

De SERV organiseerde bij de lokale sociale partners een bevraging over de werking van de SERR en RESOC. Op basis van deze studie formuleert de SERV aanbevelingen.
De SERV pleit voor een duurzaam systeem van sociaaleconomisch streekoverleg en stabiliteit in de structuren. De bottom-up filosofie in het streekoverleg moet worden gerespecteerd zodat lokale dynamieken zich kunnen ontwikkelen.
De SERV roept de raden op werk te maken van co-governance systemen met terugkoppeling zodat het democratisch ge…

De SERV organiseerde bij de lokale sociale partners een bevraging over de werking van de SERR en RESOC. Op basis van deze studie formuleert de SERV aanbevelingen.
De SERV pleit voor een duurzaam systeem van sociaaleconomisch streekoverleg en stabiliteit in de structuren. De bottom-up filosofie in het streekoverleg moet worden gerespecteerd zodat lokale dynamieken zich kunnen ontwikkelen.
De SERV roept de raden op werk te maken van co-governance systemen met terugkoppeling zodat het democratisch gehalte en maatschappelijk draagvlak verzekerd is. De werking van het Vlaams platform socio-economisch streekbeleid moet herbekeken worden.
Het Vlaams niveau moet het streekoverleg krachtiger ondersteunen. Dit impliceert respect voor de advisering rond arbeidsmarktdossiers en een betere ontwikkeling van de economische invalshoek. Het Vlaams niveau moet strategische referentiekaders ontwikkelen voor zowel economie als arbeidsmarkt en ook adviesvragen stellen aan de RESOC over (ruimtelijk-)economische thema’s.
Het streekpact moet resulteren in een streekcontract met verbintenissen van alle betrokken partijen: top-down met Vlaamse en bottom-up met streekspecifieke accenten. Dit vergt duidelijk engagementen van de actoren. Voor projecten op Vlaams niveau vraagt dit voorafgaand overleg om ze via de reguliere programma’s te financieren. Projecten met Europese cofinanciering verdienen prioriteit bij de selectie.