Commissie EBO Jaarverslag 2018: Energie-efficiëntieplannen en CO₂-reductie in Vlaamse energie-intensieve ondernemingen

Het jaarverslag 2018 van de Energiebeleidsovereenkomsten (EBO's) brengt verslag uit over de voortgang van energie-efficiëntiemaatregelen bij de Vlaamse energie-intensieve bedrijven. In 2018 waren 345 bedrijven toegetreden tot de EBO’s, goed voor 98% van het primaire energieverbruik van de doelgroep. Het rapport omvat de monitoringresultaten van de eerste cyclus (2015-2018) en vormt een update van het verslag van 2017.

De bedrijven realiseerden in 2018 samen een energiebesparing van 21,6 PJp, wat…

Het jaarverslag 2018 van de Energiebeleidsovereenkomsten (EBO's) brengt verslag uit over de voortgang van energie-efficiëntiemaatregelen bij de Vlaamse energie-intensieve bedrijven. In 2018 waren 345 bedrijven toegetreden tot de EBO’s, goed voor 98% van het primaire energieverbruik van de doelgroep. Het rapport omvat de monitoringresultaten van de eerste cyclus (2015-2018) en vormt een update van het verslag van 2017.

De bedrijven realiseerden in 2018 samen een energiebesparing van 21,6 PJp, wat neerkomt op 4,2% van hun primaire energieverbruik. Deze besparing overtrof de oorspronkelijke plannen, die een cumulatieve besparing van 17,4 PJp vooropstelden. De energiebesparing is het resultaat van ongeveer 3.500 maatregelen, waarvan 2.500 gepland en 1.000 bijkomende maatregelen. De vermeden CO₂-uitstoot bedroeg bijna 1,16 miljoen ton, waarvan 73% afkomstig is van besparingen op brandstoffen en 27% van elektriciteitsbesparingen.

De meeste bedrijven hebben ook de vereiste energiebeheermaatregelen ingevoerd of een ISO50001-certificaat behaald. Toch werd vastgesteld dat bij een aantal bedrijven werkpunten blijven, zoals onvolledige energiebeleidsverklaringen of onvoldoende opvolging via werkgroepen.

De Energie Prestatie Index (E.P.I.) geeft aan dat het specifiek energieverbruik in 2018 gemiddeld 2,1% lager lag dan in het referentiejaar 2014. Hoewel er duidelijke energiebesparingen zijn gerealiseerd, werd opgemerkt dat productiefluctuaties en andere bedrijfsomstandigheden de index beïnvloeden, waardoor de gerealiseerde energiebesparingen niet altijd volledig weerspiegeld worden in het specifiek energieverbruik.

De belangrijkste energiebesparingen kwamen uit de sector chemie en kunststoffen (11 PJp), raffinaderijen en staal (4 PJp) en de voedingsindustrie (2,7 PJp). Ook de papiersector, textielsector, non-ferro en metaalverwerking en keramische sector leverden substantiële bijdragen.